Sinds het schooljaar 2012-2013 krijgen brugklassers op het Mill-Hillcollege al in het eerste jaar te maken met Frans, Duits, Spaans (op havo en vwo) en Latijn (op vwo). Elke taal wordt gevolgd gedurende twee uur in de week, in twee perioden.
Er is dus een spreiding in het onderwijs van de vreemde talen zodat een brugklasser nooit meer dan twee vreemde talen tegelijk volgt. Dat zou een beetje te pittig worden.
Docente Sabine Geijer: ”We hebben deze keuze gemaakt omdat we het belangrijk vinden dat leerlingen hiermee breed opgeleid worden en bewuste keuzes kunnen maken. Het onderwijs in de vreemde talen is vanaf het begin erg communicatief ingericht.
De nadruk ligt op luisteren, spreken en lezen in het eerste jaar. Dat betekent dat ze zich al snel, bij elke taal, kunnen redden als het gaat om de dagelijkse gang van zaken. Ze leren bijvoorbeeld te groeten, de weg te vragen, iets te kopen in een winkel. Nu al zien we dat de brugklassers van dit jaar een enorme sprong hebben gemaakt terwijl ze nog maar kort les hebben in de vreemde talen.
Dat betekent dat ze zich in het buitenland al een beetje verstaanbaar kunnen maken. Die succeservaring zorgt ervoor dat de motivatie voor vreemdetalenonderwijs toeneemt en dàt is waar het om draait.
Omdat er intensief overleg is tussen de docenten van de vreemde talen is de lesmethode op elkaar afgestemd en kunnen de leerlingen profiteren van de overeenkomsten tussen de verschillende talen. Daarmee ondersteunen we het leerproces in de vreemde talen.”